Onzekerheid over realisatie taskforce maatregelen
In de taskforce sociaal domein zijn maatregelen opgenomen langs vijf hoofdlijnen. Naast de specifieke maatregelen voor jeugd, Wmo en participatie gaan we de efficiëntie en effectiviteit van de toegang verbeteren, gaan we beter samenwerken met onze maatschappelijke partners en proberen we zo optimaal mogelijk samen te werken in de regio. In de 1e kwartaalrapportage Taskforce bent u geïnformeerd over de stand van zaken over het 1e kwartaal 2020 en tevens meegenomen in de te verwachten impact van COVID-19 op de Taskforce.
Wij zien ook een positief effect van COVID-19 op de uitvoering van deze maatregelen. Als gevolg van de maatregelen van het Rijk werden en worden we gedwongen veel intensiever samen te werken met onze partners. Het regelen van opvang op scholen, creatieve alternatieven zoeken voor hulp en ondersteuning, een netwerk vormen rond inwoners die in de schulden dreigen te komen en rond gezinnen die extra kwetsbaar zijn in deze tijd. Er is heel veel geregeld en georganiseerd in weinig tijd. Daardoor is de relatie tussen gemeente en partners en partners onderling in korte tijd versterkt. Ook in de regio wordt snel geschakeld en zijn er korte lijntjes tussen gemeente op verschillende niveaus.
Naast de intensievere samenwerking pakken we als gemeente ook veel vaker de regierol op. Een goed voorbeeld hiervan is de coördinerende rol die de gemeente speelt in het opvangen van kinderen van ouders met vitale beroepen. Het is belangrijk dat wat we nu leren en aan ervaring opdoen in deze crisis, we vervolgens inzetten bij de ontwikkeling van onze organisatie en onze manier van werken en samenwerken.
Gevolgen voor de financiële en inhoudelijke ambities
De opgave van de taskforce is om een besparing te realiseren van € 1,8 miljoen in drie jaar tijd. Die ambitie staat onder druk door COVID-19. De reden hiervan is dat we een toename van hulp- en ondersteuningsvragen verwachten én dat we onze ambitie om vijftig inwoners uit de uitkering aan het werk te helpen niet kunnen realiseren. De ambitie om vijftig mensen met een uitkering aan het werk te helpen is in economisch gezonde tijden al een uitdaging, maar wordt in een recessie een vrijwel onmogelijke opgave.
De effecten van COVID-19 zullen in meer of mindere mate zichtbaar worden op langere termijn. Het is aannemelijk dat het aantal hulpvragen van inwoners zal toenemen en daarmee de kosten voor hulp en ondersteuning. De problematiek in de samenleving verandert als gevolg van deze crisis.
De omvang van de sociaal-maatschappelijke schade zal afhangen van de duur van de maatregelen en de mate waarin we erin slagen de schade te beperken met inzet van alternatieven voor de gebruikelijke hulp en ondersteuning.
Tegenover de verwachting dat het aantal hulpvragen en daarmee de kosten zullen oplopen, staat dat we ook niet weten tot welke maatregelen en tegemoetkomingen het Rijk verder zal besluiten om de (economische) gevolgen van de crisis te verminderen.